Zo’n zeventig duizend Nederlandse racefans reisden het afgelopen weekend naar de Oostenrijkse bergen. Drie dagen lang kleurden de Red Bull Ring in Spielberg en de dorpen eromheen oranje. Wij waren erbij. In een oranje T-shirt, of in een blauwe van het Red Bull team, een rode van Ferrari of een groene van Aston Martin. Het maakte al die fans werkelijk niet uit wat je droeg, want allemaal kwamen ze om er een feestje van te maken. We zagen de vrije training, de kwalificaties, de sprintrace, de Formule 2 en we waren er natuurlijk bij op de racedag van de Formule 1. ‘All-in’ wilden onze kinderen, dus dat deden we.
To de Max
Sinds Max Verstappen het goed doet in de Formule 1 stemmen we thuis onze agenda’s af op de races en kijk ik mee, al vind ik het een enge sport. Dat komt vooral omdat onze kinderen ontzettend fan zijn van al die jonge, leuke coureurs. Ze verslinden de Netflix-serie Drive to survive waarin het wel en wee van de racers besproken wordt en ik moet er niet aan denken dat een van hen iets overkomt. Kijk vooral even dit TikTok filmpje als je wilt zien wat ik bedoel. Deze mannen rijden tijdens een race bijna twee uur lang op hun aller hardst rondjes met scherpe bochten op soms natte banen. Met alle G-krachten die daarbij vrijkomen is dit ware topsport. Ze gaan tot het uiterste en verder. Onderweg bedenken of ze die avond pizza willen eten of toch gezond zullen koken kan niet, dan liggen ze van de baan. De hoogst gemeten snelheid in een Formule 1-auto is 378 kilometer per uur!
Niet durven kijken
Een tijd lang durfde ik niet écht naar de races te kijken. Ik had de vreselijkste crashes gezien en de strijd tussen Lewis Hamilton en Max Verstappen was me in het seizoen ‘20/’21 te groot. Mijn hartslag zat ik mijn keel alleen al bij het denken aan hun rivaliteit. Naar dé race van dat jaar – Abu Dhabi december 2021, waarin het wereldkampioenschap werd beslist – durfde ik dan ook niet te kijken. Vlak voor de start ben ik gaan wandelen, bij thuiskomst keek ik heel even mee terwijl ik thee zette.
‘Max gaat het niet winnen,’ zei Marrit teleurgesteld onderuithangend op de bank.
‘Hamilton is te goed,’ meldde Yke.
Ik liep naar boven en ging schrijven. Via de liveblog op mijn telefoon hield ik de race in de gaten. Nog één rondje, zag ik, dat wilde ik toch wel even zien. Eenmaal beneden bleek er een coureur gecrasht, er volgde een safety car en de wedstrijdleiding besloot dat het laatste rondje van het seizoen hoe dan ook gereden moest worden. Max kon dat rondje rijden op een set verse banden, Hamilton niet. Je weet vast hoe het is afgelopen: Max Verstappen werd voor het eerst wereldkampioen. Mijn gejuich en geschreeuw tijdens dat laatste rondje waren niet van de lucht. Zodra ‘we’ iets kunnen winnen, word ik bloedfanatiek en beslist mijn lijf een eigen leven te gaan leiden.
Dromen
Live bij een Formule 1-race aanwezig zijn werd de droom van onze kinderen. Zandvoort ligt dichtbij, zou je dan zeggen. Maar ik leerde dat die race bijwonen onbetaalbaar is en dat de Red Bull Ring in het Oostenrijkse Spielberg ‘uiteraard’ het walhalla is van de autosport, want daar komt Max’ sponsor en dus zijn team vandaan. Dat er ondertussen nog een Nederlander een zeldzaam stoeltje in de Formule 1 veroverde – een Fries nota bene – betekende dat we twee Nederlandse coureurs zouden kunnen aanmoedigen, naast al die anderen natuurlijk waarvan onze kids fan zijn. En hé, een weekje naar Oostenrijk, wie wil dat nou niet?
All-in
‘Maar we passen niet met z’n zessen in onze auto,’ reageerde ik toen Nynke Mirte voorstelde om ook een van haar vrienden mee te vragen.
‘We hadden bedacht dat jij dan thuisblijft,’ zeiden mijn kinderen. ‘Je vindt het toch veel te spannend.’
Ik lachte. ‘Jullie zien je droom uitkomen en ik mag daar niet bij zijn? We huren wel een grotere auto.’
De races kijken vind ik inmiddels echt leuk. Max is te goed en rijdt ‘veilig’ vooraan. En ik geniet van het tactische spel: de bandenkeuze, het moment voor een pitstop en het lef om op een onverwacht moment in te halen. Daarnaast is het een super gezellige familieaangelegenheid geworden.
‘We willen echt all-in’ zei Nynke Mirte nog. ‘Alles zien en beleven, drie dagen lang.’
‘Precies,’ zei ik. ‘All-in, dus inclusief mij.’
Oostenrijk
Te midden van een stroom mensen in voornamelijk oranje T-shirts schuifelden we naar het circuit. Eenmaal zicht op de racebaan en de duizenden Oranjesupporters daaromheen nam iets van magie bezit van ons: De realisatie dat we de twintig beste coureurs ter wereld op slechts een paar meter afstand hun snelste rondjes konden zien rijden. De verhalen uit de paddock die we live op de grote schermen konden volgen; we waren er vlakbij. Tijdens de Drivers Parade stonden onze kinderen met hun neus tegen het hek terwijl de coureurs lachend en zwaaiend in kleine open auto’s voorbijkwamen. Tijdens de races waaide de geur van rubber de tribunes op en na de race waren er de uitgestoken vuist van Max en de zwaaiende hand van Charles Leclerc. Zittend tussen de bergen, in het zonnetje en met al die blije Nederlanders om ons heen kan ik me inmiddels geen mooier circuit voorstellen.
Waar ik de afgelopen jaren zelfs na de engste crashes de coureurs levend uit hun auto zag stappen, ging het net het afgelopen weekend helemaal mis op het circuit van Spa-Francorchamps. Een achttienjarige Nederlandse autocoureur overleed na een zware crash … In Oostenrijk waren alle 105.000 racebezoekers zondag een indrukwekkende minuut stil. Daarna ging de race toch van start en zaten wij afwisselend op onze visserskrukjes of op de grond tussen het legioen op een ruim grasveld in de Red Bull Ring arena en zagen we hoe hard de mannen écht racen. Natuurlijk kon er maar een winnen. En dat stemde mij dan weer trots en tevreden. Het was een feest om erbij te zijn, met een zwart randje. 🖤
Weergaven: 149
Mooi verhaal van een geweldige belevenis. Ook heel fijn dat jij mee kon genieten. En dat Max uitgerekend in Oostenrijk alle onderdelen won is ook weer heel bijzonder.
Dat maakte het weekend nog meer all-in. 😉